Je hebt vast wel eens de uitdrukking “voed de grond” gehoord. Dat betekent dat je het bodemleven voorziet van organisch materiaal.
Waarom? Omdat die organismen het afbreken en zo de bodem verrijken. Organische materialen voeden de microben en stimuleren hun activiteit. Op die manier krijg je een rijkere grond en heb je minder behoefte aan kunstmest.
Maar hoe doe je dat precies? Hier zijn 10 eenvoudige stappen die zelfs beginnende tuiniers kunnen volgen!
Laten we beginnen!
Moet je de grond in de herfst voeden?

Ja, je moet je tuingrond zeker in de herfst voeden. Zo bevorder je een rijkere, luchtigere bodem die klaar is voor het planten in het voorjaar.
Voed zowel je eenjarige als vaste plantenborders. Deze methode helpt de eerste om in rust te gaan en houdt de wortels van de vaste planten gezond.
10 stappen om de bodem in de herfst te verrijken
De grond voeden betekent dat je het bodemleven iets geeft om op te kauwen. Dat houdt in dat je organisch materiaal toevoegt zodat regenwormen, nuttige nematoden, bacteriën, schimmels en protozoa het kunnen eten en afbreken.
Minder organisch materiaal betekent minder microben. En dat resulteert in arme grond en lage opbrengsten.
Hier lees je hoe je dat voorkomt!
1. Laat de wortels in de grond zitten
Trek de wortels niet zomaar uit de grond. Zo verstoor je de bodem en de micro-organismen minder. Het resultaat is een gezondere en vruchtbaardere grond in de lente.
Bovendien maken achtergebleven wortels de grond losser en verminderen ze verdichting. Ze breken langzaam af en worden voedsel voor micro-organismen.
Deze methode vermindert ook erosie. Winterstormen, wind en regen kunnen de bovenste grondlaag wegspoelen, maar wortels helpen dat voorkomen, vooral in een hellende tuin.
Sommige planten verrijken de bodem zelfs met specifieke voedingsstoffen. Boekweit bijvoorbeeld staat bekend als een ‘fosforverzamelaar’. Deze plant geeft stoffen af die ervoor zorgen dat fosfor beter beschikbaar wordt voor andere planten.
Laat boekweit dus in de grond nadat het is afgestorven, en de volgende gewassen zullen er dankbaar voor zijn.
Snoei en composteer bladeren en stengels
We laten de wortels zitten, maar wat doen we met de bladeren en stengels?
Die kun je terugsnoeien en op de composthoop gooien. Gebruik een stevige snoeischaar om te beginnen met snoeien.
Of gebruik een grasmaaier als je tuin gelijk met de grond ligt.
Verwijder zieke planten

Let op! Laat zieke planten niet in de grond zitten. Trek alle wortels uit waarvan je vermoedt dat ze door schimmels zijn aangetast.
Als je ze laat zitten, besmetten ze de grond en brengen ze je andere planten in gevaar. Composteer ze ook niet, maar gooi ze weg of verbrand ze.
2. Hak en laat liggen
Een manier om je tuingrond te verbeteren, is door het gebruik van groenbemesters of bodembedekkers. Dat betekent dat je de planten afsnijdt zodra ze hoog genoeg zijn gegroeid, maar vóórdat ze bloeien.
Hak ze om en verspreid ze over je groentetuin. De bladeren en stengels zullen langzaam afbreken en de bodem verrijken met voedingsstoffen.
Dit is hetzelfde proces dat in bossen plaatsvindt: bladeren en takken vallen op de grond en vergaan onder invloed van weer en wind.
Gebruik de gewassen
De beste groenbemesters zijn peulvruchten. Maar er zijn ook andere planten die ‘dynamische accumulatoren’ worden genoemd.
Dat zijn planten die specifieke voedingsstoffen opnemen en opslaan in hun weefsels, waardoor die voedingsstoffen later beschikbaar komen voor andere planten.
Hier zijn enkele geschikte soorten om te proberen:
• Luzerne
• Klaver
• Boekweit
• Mosterd
• Wikke
• Rogge
Je hoeft ze alleen maar af te hakken, over je tuin te verspreiden en de natuur haar werk te laten doen.
Let op: gebruik geen zieke of door ongedierte aangetaste planten als groenbemester.
Sommige planten moet je echter nooit als groenbemester gebruiken. Het is niet voor niets dat veel tuiniers aanraden tomatenplanten te verwijderen.
Tomaten, pompoenen en vergelijkbare groenten zijn vatbaar voor ziekten. Laat je ze in de grond staan, dan worden ze een broedplaats voor ziekteverwekkers.
3. Breng goed verteerde mest aan

Maak je tuinbedden vruchtbaarder voor de lente door in de herfst goed verteerde mest toe te voegen. Wees echter voorzichtig: verse (“hete”) mest bevat vaak te veel stikstof.
Gelukkig krijgen de micro-organismen in de herfst voldoende tijd om dit af te breken. Toch is het veiliger om oude, goed verteerde mest te gebruiken om wortelverbranding te voorkomen. En het ruikt ook minder sterk!
Verspreid een laag van 2 tot 5 centimeter goed verteerde mest over je tuinbedden. Geef goed water en wacht. Dit helpt de micro-organismen bij de afbraak.
4. Of gebruik compost
Als je geen mest hebt of het risico met verse mest wilt vermijden, gebruik dan compost. Veel tuiniers maken hun eigen compost, waardoor het een gratis en natuurlijke bodemverrijker is.
De compost zal verder afbreken en de bodem voorbereiden op het planten in het voorjaar.
De eenvoudigste manier is om zakken compost over de tuin te verdelen en deze glad te harken. Klaar!
De herfst is ook het moment om je composthoop of compostbak te controleren. Bedek hem met een zeil om te beschermen tegen overtollige regen of sneeuw. Een natte, stinkende composthoop wil je niet.
Pro tip: een laag van ongeveer 5 tot 7 centimeter compost is ideaal.
5. Meng alles door

Je hebt de wortels laten zitten, groenbemesters verwijderd en compost of mest toegevoegd. Wat nu?
Meng alles door de bovenste laag van de grond, maar ga niet te diep spitten.
Te diep graven verstoort de bodemstructuur en het bodemleven. Gebruik liever een spitvork en hanteer een niet-spittenmethode.
Zo krijg je een gezonde bodem, omdat je het microleven niet verstoort en geen CO₂ vrijlaat.
Een ongestoorde bodem betekent sterkere planten, hogere opbrengsten en een gezonder milieu.
Gebruik een brede vork voor beluchting
Als je je grond niet wilt omspitten, gebruik dan een brede vork (broadfork). Deze belucht de grond zonder het bodemleven te veel te verstoren. Tegelijkertijd mengt het het organisch materiaal met de grond.
Een korte sessie met de brede vork vermindert verdichting en maakt de grond in de herfst losser.
6. Maak de grond gelijk
Je hebt de grond gevoed, bemest en belucht. Wat nu? Hark de grond glad.
Maak het oppervlak egaal met een hark om een nette tuin te behouden voordat je verdere bescherming toevoegt.
Zo maak je het bovendien gemakkelijker om in het voorjaar te zaaien en te planten.
7. Bedek je tuin met mulch
Vergeet niet om je groentebedden te mulchen. Mulch biedt talloze voordelen: het beschermt tegen vorst, voorkomt onkruid en herstelt de bodem snel.
Maar welk materiaal kies je? Dat hangt af van je behoeften.
Organische mulch voedt de bodem en voorkomt onkruidgroei. Anorganische mulch is beter voor temperatuurregulatie en vochtbehoud.
Over het algemeen is elk organisch materiaal zonder herbiciden geschikt. Voor kruidachtige vaste planten kun je stro of bladmengsel gebruiken. Voor struiken en houtige vaste planten zijn houtsnippers of boomschors ideaal.
Gebruik je strobalen, kokosvezel of andere samengeperste mulch? Maak het dan los voordat je het aanbrengt. Verspreid het vervolgens in een laag van 5 tot 7 centimeter dik.
8. Bedek ook de paden

We verbouwen geen gewassen op paden, maar ook daar kun je mulch aanbrengen. Dat houdt ze onkruidvrij en bespaart je in het voorjaar veel werk.
Houtsnippers, stro of notendoppen zijn allemaal geschikte opties. Veel tuiniers kiezen voor stevige mulch op looppaden, omdat die onkruid beter onderdrukt en langzamer vergaat.
Heb je liever zachte paden, gebruik dan stro of zaagsel.
Mulch hoeft niet duur te zijn. Vraag bij een lokale boomverzorger naar houtsnippers, of informeer bij de gemeente of ze bladeren beschikbaar hebben.
Zo help je elkaar: zij raken hun “afval” kwijt en jij krijgt gratis (of goedkope) mulch.
P.S. Anorganische mulch werkt ook prima voor paden.
9. Overweeg het gebruik van rijbedekking
Bescherm je tuingrond door deze af te dekken met rijbedekking. Deze laatste stap zorgt ervoor dat je in het voorjaar een luchtige, voedzame bodem hebt.
Gebruik tuindoek en verzwaar dit met stenen, houtblokken of zandzakken zodat het niet wegwaait.
Rijbedekking (of gewoon een zeil) voorkomt dat sneeuw, wind en regen schade aanrichten in je tuin. Neerslag blijft op het doek liggen, maar bereikt de bodem nauwelijks.
Een bijkomend voordeel is dat je zo voorkomt dat ongedierte of knaagdieren in de grond gaan nestelen. Het vermindert ook erosie door wind.
10. Probeer hugelkultur of lasagnebedden

De voorgaande methoden waren bedoeld om bestaande bedden te verbeteren, maar deze gaat over het aanleggen van nieuwe.
Als je tuin klaar is voor de herfst, kun je overwegen om verhoogde bedden te maken. Hugelkultur en de lasagnemethode zijn twee uitstekende manieren om nieuwe bedden te vullen.
Ze verminderen de hoeveelheid grond die je moet kopen en leveren bovendien een voedzame, stabiele bodem op.
Hugelkultur
Bij de hugelkulturmethode vul je een verhoogd bed met boomstammen en dikke takken. Vervolgens vul je de openingen met twijgen, houtsnippers en schors.
Maak de heuvels minstens 25 tot 30 centimeter diep en bedek ze met teelaarde.
Het mooie is dat je deze methode kunt toepassen in verhoogde bedden of rechtstreeks in de tuin.
Grote houtstukken vergaan langzaam, waardoor ze langdurig voedingsstoffen en vocht vasthouden.
Bovendien heb je hierdoor veel minder grond nodig.
Lasagnebed
Gebruik deze methode in verhoogde bedden of direct in de tuin. Begin met een laag karton om onkruid te onderdrukken.
Leg vervolgens afwisselend lagen van verschillende organische materialen: stro en bladeren, keukenafval en compost.
Als het bed volledig gevuld is, dek je alles af met een laag teelaarde. Zorg dat er minstens 30 centimeter aan organisch materiaal in zit.
Let op: voeg geen rottend of ziek plantenafval toe, want dat kan je compost besmetten en je groenten aantasten.
Slotgedachten
Wat nemen we mee? De herfst is hét moment om de grond te voeden met zoveel mogelijk organisch materiaal.
Gebruik compost, mest, groenbemesters en mulch. Of probeer hugelkultur, lasagnebedden en andere natuurlijke methoden.
Het lijkt nu misschien veel werk, maar in het voorjaar zul je er de vruchten van plukken.