Skip to Content

5 dingen om in gedachten te houden voordat je je tuin water geeft

5 dingen om in gedachten te houden voordat je je tuin water geeft

Je tuin water geven is geen hogere wiskunde. Maar er komt wel meer bij kijken dan je misschien denkt. Zo kan het tijdstip waarop je water geeft bepalend zijn voor het succes — of het mislukken — van je tuin.

Door de juiste gietgewoonten toe te passen, verklein je de kans op ziektes, stimuleer je de groei en productiviteit van planten en voorkom je waterverspilling. Bekijk daarom eerst deze tips voordat je je gieter of tuinslang pakt.

1. Geef water wanneer het nodig is
Over het algemeen hebben planten zo’n 2,5 cm water per week nodig (gebruik een regenmeter om de neerslag bij te houden). De kans is groot dat je dit jaar al extra water hebt moeten geven. Maar controleer je ook eerst de bodem met je vinger voordat je begint? Dit is essentieel om veelvoorkomende fouten zoals te veel of te weinig water geven te voorkomen. In beide gevallen worden bladeren bruin, verwelken ze of vallen ze af. Door te voelen hoe vochtig de grond is, kun je symptomen beter herkennen en gericht handelen. Wacht met water geven tot de bovenste 5 tot 7 cm droog is, maar er daaronder nog vocht aanwezig is. Denk er ook aan dat plantenbakken en verhoogde moestuinbedden sneller uitdrogen dan een tuin op maaiveldniveau.

2. Ken je planten
Planten hebben verschillende voorkeuren als het op water aankomt. Heuchera (purperklokje) houdt er bijvoorbeeld van om tussen gietbeurten door even uit te drogen. Geen ideale buur voor varens dus, die liever constant vochtige grond hebben. En sommige planten, zoals tomaten, zijn minder vergevingsgezind. Wisselen tussen te droog en te nat kan leiden tot vruchtrot of scheurende tomaten. Wil je gezonde planten, een lange bloeiperiode of een goede oogst? Zoek dan van tevoren uit wat jouw planten nodig hebben qua water.

3. Timing is alles
Het beste moment om je tuin water te geven is vroeg in de ochtend — zonder twijfel. Dan kunnen de wortels het water opnemen vóór de hitte van de dag. Wacht je tot de middag op een warme dag, dan verdampt een groot deel van het water, zeker bij gebruik van een sproeier, nog voordat het de wortels bereikt. Bovendien kan water op het blad als vergrootglas werken en bladverbranding veroorzaken. Water geven in de ochtend zorgt er ook voor dat de planten gedurende de dag opdrogen. Geef je pas na zonsondergang water, dan blijft het vocht hangen, wat schimmels en ziektes in de hand werkt.

4. De beste methode
Geef diep en minder vaak water zodat de wortels gestimuleerd worden om dieper te groeien. Dat maakt planten beter bestand tegen droogte. Bij kleinere oppervlakken, zoals potten of verhoogde bedden, kun je prima met de hand gieten. Mik dan vooral op de basis van de plant en vermijd de bladeren, zeker als je water geeft op het heetst van de dag of in de avond. Giet je over de bladeren heen? Dan zul je merken dat er verrassend weinig water echt de grond bereikt. Volgroeide bladeren werken namelijk als een soort paraplu. Ook als het onlangs heeft geregend: voel aan de aarde om zeker te zijn.
Voor grotere tuinen is het slim om je te verdiepen in sproei- of irrigatiesystemen. Druppelslangen worden vaak aangeraden omdat ze langzaam en diep water geven, waardoor je minder verspilt door verdamping. Bovendien houden ze het water bij de wortels en niet op de bladeren.

5. Blijf opletten
Het allerbelangrijkste bij water geven: blijf oplettend. Tuinieren is eigenlijk een voortdurend experiment, en omstandigheden verschillen van seizoen tot seizoen en van jaar tot jaar. Wat vorig jaar goed werkte, moet je dit jaar misschien bijstellen. Wees flexibel en raak niet te gehecht aan een vast gietschema. Let goed op hoe je planten reageren en pas je aanpak daarop aan.