Skip to Content

Krijg de grootste bloemen op je ballonplant met deze stapsgewijze gids

Wil je wat speelsheid en charme toevoegen aan je tuin? Dan zijn ballonplanten precies wat je zoekt. Deze klimplanten, officieel bekend als Cardiospermum halicacabum, staan bekend om hun sierlijke hartvormige blaadjes en opvallende ballonvormige zaaddozen. Met hun unieke uiterlijk en eenvoudige verzorging zijn ballonplanten een uitstekende keuze voor zowel ervaren tuiniers als beginners.

In dit artikel begeleiden we je stap voor stap bij het zaaien en verzorgen van ballonplanten, zodat je optimaal kunt genieten van hun schoonheid in je tuin. Zo creëer je een sprookjesachtige sfeer waar iedereen blij van wordt. Ontdek hoe je deze bijzondere plant succesvol kweekt en een vleugje verwondering toevoegt aan je buitenruimte.

Hier volgt een stapsgewijze handleiding voor het planten van ballonplanten:

Stap 1: Verzamel de benodigde materialen en gereedschappen
Ballonplantzaadjes of jonge plantjes (ook wel “Love in a Puff” of “Hartzaad” genoemd)
Potgrond of een luchtig, goed drainerend grondmengsel
Kleine potten of bakken
Gieter of plantenspuit
Meststof (optioneel)
Tuinhandschoenen (optioneel)

Stap 2: Kies een geschikte plek
Ballonplanten groeien het beste in volle zon tot halfschaduw, kies daarom een plek met minstens 4-6 uur direct zonlicht per dag.


Let erop dat de grond goed doorlatend is, want ballonplanten houden van licht droge omstandigheden en kunnen niet tegen natte voeten.

Stap 3: Bereid de grond voor
Plant je in potten of bakken, vul deze dan met potgrond of een luchtig grondmengsel. Zorg ervoor dat de pot drainagegaten heeft.


Plant je direct in de volle grond, maak de aarde dan los met een hark of handschop en verwijder onkruid en plantresten.

Stap 4: Zaai de zaden (indien van toepassing)
Wil je zaaien, begin dan 6-8 weken vóór de laatste vorstdatum binnenshuis.
Vul kleine potjes of zaaibakjes met vochtige potgrond.
Doe één à twee zaden per potje, ongeveer een halve centimeter diep.
Houd de grond vochtig, maar niet drijfnat.
Zorg voor voldoende warmte en licht, bijvoorbeeld door de bakjes op een warme plek te zetten of gebruik een kweekmatje.
De zaden kiemen meestal na 7-14 dagen.

Stap 5: Verspeen de zaailingen (indien van toepassing)
Wanneer de zaailingen meerdere echte blaadjes hebben en het niet meer vriest, kunnen ze naar buiten.
Kies voor elke plant een plek in de tuin of een grotere pot, met minimaal 30-45 cm afstand tussen de planten.
Graaf een gat iets groter dan de kluit, zet het plantje op dezelfde diepte als in het potje, en druk de aarde voorzichtig aan.

Stap 6: Geef de planten water
Na het (uit)planten geef je ruim water. Houd de grond gelijkmatig vochtig maar niet te nat.
Geef water als de bovenste centimeter van de aarde droog aanvoelt. Gebruik een gieter of plantenspuit om jonge zaailingen niet te verstoren.

Stap 7: Zorg voor ondersteuning (optioneel)
Ballonplanten zijn klimmers, ze profiteren van een rekje, hekwerk of bamboestokken als steun.
Plaats de ondersteuning dicht bij de plant zodat ze er makkelijk tegenop kunnen groeien.

Stap 8: Onderhoud en verzorging
Ballonplanten vragen weinig onderhoud als ze eenmaal aanslaan. Geef regelmatig water, vooral bij droogte.
Een laagje mulch rond de basis helpt vocht vasthouden en onkruid te onderdrukken.
Je kunt elke 4-6 weken tijdens het groeiseizoen wat meststof geven voor extra groei, volg de aanwijzingen op de verpakking.

Stap 9: Oogst de zaden (optioneel)
Na de bloei verschijnen de karakteristieke ballonvormige zaaddozen. Wil je zelf zaad winnen, laat dan de zaaddozen aan de plant drogen.
Wanneer ze bruin en droog zijn kun je ze voorzichtig oogsten en openbreken om het zaad eruit te halen.

Bewaar de zaden koel en droog in een gelabelde envelop of afgesloten potje tot je ze weer wilt zaaien.