Een van de blikvangers in klassieke Engelse cottage-tuinen zijn de kleurrijke riddersporen. Geen zorgen – deze bloemen lijken misschien op de staart van een ratelslang, maar ze zijn volkomen ongevaarlijk. In plaats daarvan vullen ze je vasteplantenborder met schitterende bloemen en talloze bestuivers.
Het kweken van riddersporen is vrij eenvoudig, maar er is één ding dat gegarandeerd zorgt dat ze jaar na jaar terugkomen – nog mooier dan tevoren.
Waar heb ik het over? Snoeien!
En als je het op de juiste manier doet, kun je later in het seizoen zelfs genieten van een tweede bloeigolf, waardoor je tuin nog één laatste kleuruitbarsting krijgt voordat de winter aanbreekt.
Laten we beginnen!
De drie fasen van het terugsnoeien van riddersporen
Er zijn drie hoofdfasen van snoeien die een betrouwbare methode vormen om prachtige riddersporen te kweken, hun bloeiperiode te verlengen en ze elk jaar weer te laten floreren.
1. De eerste snoei
Voordat je je riddersporen voor de eerste keer snoeit, is het belangrijk om ze eerst goed te verzorgen. Plant ze op voldoende afstand van elkaar om een goede luchtcirculatie te bevorderen, want deze planten kunnen slecht tegen hoge luchtvochtigheid.
Breng daarna een laag organische mulch aan om onkruid te onderdrukken en te voorkomen dat er te veel vocht uit de grond verdampt.
Wanneer de planten slechts enkele centimeters hoog zijn, verwijder je alle scheuten behalve de drie sterkste en gezondste exemplaren.
Heb je oudere planten, dan kun je de hoofdscheut wegsnoeien om zijscheuten te stimuleren die de hele zomer door zullen bloeien. Het uitdunnen van oudere riddersporen tot ongeveer vijf tot zeven stengels is ook een goed idee.
Met deze methode krijgt je plant minder, maar grotere bloemstengels met rijkere bloei.
Heb je hogere variëteiten, zet dan nu alvast steunstokken of een rek neer zodat de stelen niet breken. Bind de stelen geleidelijk vast terwijl de plant groeit.
Vergeet niet om regelmatig water te geven, vooral in de zomer.
2. Een tweede bloei stimuleren
Riddersporen bloeien meestal van het late voorjaar tot in de vroege zomer, maar je kunt een tweede bloei in de late zomer of vroege herfst stimuleren door de uitgebloeide bloemen te verwijderen.
Knip de bloemstengels ongeveer vijf centimeter boven de grond af – dit zal de plant aanmoedigen om opnieuw te bloeien.
Het mooie is dat deze werkwijze geldt voor alle types: dwerg-, compacte of hoge riddersporen, of je ze nu in potten of in de volle grond kweekt.
Tip: Bemest je riddersporen na het snoeien met een bloeistimulator of een kaliumrijke meststof om de kwaliteit van de bloemen te verbeteren.
3. De laatste snoei
In tegenstelling tot zonnehoeden, die bedekt met een laagje sneeuw nog decoratief ogen, zakken riddersporen in elkaar onder het gewicht van sneeuw en vorst. Dit oogt rommelig, dus het is beter om ze voor de winter terug te snoeien.
Zodra de stelen verwelkt en bruin zijn na de tweede bloei, snoei je ze tot ongeveer vijf tot zeven centimeter boven de grond terug.
Zo voorkom je dat ziekten en plagen overwinteren in de stelen en bladeren, om vervolgens in het voorjaar weer tevoorschijn te komen.
Na zo’n grondige snoeibeurt is het verstandig om te mulchen. Dit helpt de bodem te isoleren en houdt de wortels warm genoeg om de winter te overleven.
In het voorjaar zullen de planten weer uitlopen. Dan kun je een universele meststof toedienen om de groei te bevorderen en de riddersporen voor te bereiden op het nieuwe bloeiseizoen.
Tip: Gebruik altijd schone snoeischaren bij het knippen van riddersporen en steriliseer ze nadien, zodat je geen bacteriën of schimmels overdraagt op je planten.
Tips voor het kweken van riddersporen
Riddersporen zijn zonder twijfel prachtige planten, maar voordat je enthousiast naar het tuincentrum rent, is het goed om te weten dat ze specifieke eisen stellen.
Hoewel ze vaak worden genoemd tussen roze vaste planten, zijn riddersporen verkrijgbaar in een breed scala aan kleuren – blauw, wit, rood en violet – wat hun populariteit bij tuiniers over de hele wereld verklaart.
Controleer echter eerst of jouw tuinomstandigheden geschikt zijn voor deze planten.
Ze groeien het best in voedselrijke, goed doorlatende grond. Riddersporen houden van een constant vochtige bodem, maar verdragen geen natte voeten. Zorg dus voor goede drainage voordat je ze plant. Je kunt de grond verbeteren met compost om de doorlatendheid en vruchtbaarheid te verhogen.
Riddersporen bloeien het mooist in volle zon, dus kies een plek waar ze dagelijks zes tot acht uur direct zonlicht krijgen. Tijdens hete zomermiddagen kunnen ze lichte schaduw verdragen – een plek die beide omstandigheden biedt is ideaal.
Maar raak niet ontmoedigd als je tuin niet aan al deze voorwaarden voldoet. Er bestaan nieuwe hybriden die beter bestand zijn tegen warmere omstandigheden. Of je kunt ze als eenjarige planten kweken, of kiezen voor eenjarige riddersporen die beter tegen hitte kunnen.
Er is veel variatie om uit te kiezen. Hoge riddersporen zoals ‘Black Knight’, ‘Percival’, ‘Sungleam’ en ‘Sunny Skies’ kunnen tot wel 1,8 meter hoog worden en zijn ideaal voor beschutte tuinen. Sterke wind kan hun stelen breken, dus zet ze stevig vast met stokken of een rek.
Compactere soorten, zoals ‘Light Blue White Bee’ of ‘Summer Cloud’, blijven kleiner en zijn geschikter voor kleine tuinen of potten.
Houd er rekening mee dat alle riddersporen giftig zijn. Houd kinderen en huisdieren dus uit de buurt van deze planten.
Meer stengels laten staan bij hoge riddersporen
Bij hoge riddersporen hoef je het aantal stengels niet te beperken tot vijf tot zeven. Je kunt er gerust meer laten staan, al kan dat resulteren in iets kortere planten.
Het kan ook de luchtcirculatie verminderen, wat het risico op meeldauw en andere schimmelziekten verhoogt. Probeer het gerust eens bij één plant om te zien hoe het uitpakt.
Waarom zijn mijn riddersporen dit jaar verdwenen?
Soms zijn slakken en naaktslakken de boosdoeners: zij knabbelen in het voorjaar aan de jonge scheuten en kunnen grote schade aanrichten in de vasteplantenborder. Gelukkig is er een huismiddel dat goed helpt tegen slakken – azijn.
Andere methoden zijn biervallen, slakkenkorrels, biologische bestrijding of simpelweg het handmatig verwijderen van de slakken.
Toch zijn plagen niet altijd de enige oorzaak van het verdwijnen van je riddersporen. Het kan ook zijn dat ze simpelweg hun levenscyclus hebben voltooid. Riddersporen zijn kortlevende vaste planten die meestal slechts twee tot drie jaar meegaan, soms vier.
Je kunt hun levensduur verlengen door ze om de paar jaar te delen. Zo verjong je de plant en geniet je langer van hun indrukwekkende bloei.