Plagen en insecten zijn de nachtmerrie van elke tuinier. Op een dag lijken je planten nog gezond en gelukkig, en de volgende dag beginnen ze te verwelken en af te sterven – allemaal door insecten die je nauwelijks met het blote oog kunt zien.
Er kunnen verschillende soorten plagen je tuin binnendringen, vooral als je planten al wat zwakker of gestrest zijn.
Deze indringers kunnen enorme schade aanrichten en je planten tot het punt brengen waarop ze niet meer te redden zijn. Daarom is het belangrijk om snel en effectief te handelen. De eerste stap is om het ongedierte te identificeren en vervolgens de juiste aanpak te kiezen.
In dit artikel bespreken we de meest voorkomende tuinplagen, hoe je ze herkent en hoe je er op een veilige manier vanaf komt.
Oorwormen
Hoe je ze herkent: slanke insecten met langgerekte lichamen van ongeveer 2,5 centimeter lang. Ze zijn meestal bruin of zwart van kleur en hebben aan het uiteinde van hun achterlijf een tangachtige klem.
Veelvoorkomende symptomen bij planten: oorwormen kunnen schade veroorzaken aan bladeren en bloemen. Je zult onregelmatige gaten of aangevreten randen aan bladeren opmerken, evenals beschadigde bloemblaadjes.
Hoe je ze bestrijdt: een mengsel van water met afwasmiddel of wat alcohol kan effectief zijn, maar je kunt ook vallen plaatsen, zoals opgerolde kranten of vochtige stukjes karton waarin ze zich overdag verschuilen.
Japanse kevers
Hoe je ze herkent: glanzende, metallic groene insecten met bronzen vleugels en kleine witte stippen op hun lichaam.
Veelvoorkomende symptomen bij planten: deze kevers voeden zich met bladeren, waardoor er een skeletachtig patroon overblijft waarbij alleen de nerven zichtbaar zijn. De bladeren kunnen vervolgens bruin worden en afsterven.
Hoe je ze bestrijdt: Japanse kevers kunnen worden bestreden met vallen, insecticiden of door ze met de hand van de planten te verwijderen. Neemolie en insecticiden op basis van pyrethrine zijn vaak effectief. Een sopje van water en afwasmiddel werkt ook goed.
Ben je fan van doe-het-zelfbestrijding? Lees dan: Verlos je tuin van Japanse kevers met dit magische mengsel.
Bladluizen
Hoe je ze herkent: kleine, zachte insecten die in verschillende kleuren voorkomen, waaronder groen, geel en zwart. Ze laten een plakkerige honingdauw achter op de plant, wat helpt bij het herkennen van een plaag.
Veelvoorkomende symptomen bij planten: bladluizen verzamelen zich vaak aan de onderzijde van bladeren en zuigen daar plantensappen op. De bladeren kunnen gaan krullen, geel worden en kleverig aanvoelen door de honingdauw. Op deze honingdauw kan zwarte roetdauwschimmel groeien.
Hoe je ze bestrijdt: gebruik natuurlijke vijanden zoals lieveheersbeestjes of gaasvliegen. Bij een lichte plaag kun je de bladluizen ook wegspuiten met een harde waterstraal. Bij ernstigere aantastingen kun je neemolie of insectenzeep gebruiken. Ook Epsomzout kan helpen.
Tripsen
Hoe je ze herkent: kleine gevleugelde insecten van minder dan drie millimeter lang. Ze komen voor in verschillende kleuren, waaronder geel, zwart en bruin.
Veelvoorkomende symptomen bij planten: tripsen voeden zich met bladeren, bloemen en vruchten door het oppervlak aan te prikken en de voedingsstoffen eruit te zuigen. Hierdoor kunnen zilverkleurige vlekjes, stipjes of vervormde bladeren ontstaan. Bloemen kunnen bruine vlekken vertonen.
Hoe je ze bestrijdt: gebruik neemolie of plakvallen om een plaag onder controle te krijgen. Je kunt ook roofmijten of lieveheersbeestjes introduceren om hun aantal te verminderen.
Aardrupsen
Hoe je ze herkent: larven van bepaalde motsoorten die lijken op rupsen. Ze zijn zacht van lichaam en variëren in kleur, vaak grijs of bruin met strepen of vlekken. Ze rollen zich vaak op in een “C”-vorm.
Veelvoorkomende symptomen bij planten: aardrupsen verstoppen zich overdag in de grond en komen ’s nachts tevoorschijn om zich te voeden met de stengels van jonge planten. Je kunt zaailingen aantreffen die aan de basis zijn doorgebeten of gedeeltelijk opgegeten.
Hoe je ze bestrijdt: verwijder ze met de hand en bescherm jonge planten met een kraag of fysieke barrière. Nematoden en parasitaire wespen kunnen helpen om de populatie te beperken. Verwijder ook onkruid om schuilplaatsen voor de larven te verminderen.
Wolluizen
Hoe je ze herkent: kleine, ovale insecten van ongeveer 2 tot 6 millimeter lang. Ze hebben een wit, wasachtig laagje dat hen een donzige, wattenachtige uitstraling geeft.
Veelvoorkomende symptomen bij planten: wolluizen zuigen plantensappen op en scheiden honingdauw uit, wat kan leiden tot schimmelvorming op de bladeren. Geïnfecteerde bladeren vergelen en krullen op, en de algemene gezondheid van de plant gaat achteruit.
Hoe je ze bestrijdt: snoei en verwijder zwaar aangetaste plantendelen. Gebruik een wattenstaafje of zachte borstel gedoopt in alcohol om ze handmatig te verwijderen. Je kunt ook insectenzeep of neemolie toepassen, of nuttige insecten zoals lieveheersbeestjes inzetten.
Kantvleugelwantsen
Hoe je ze herkent: kleine insecten met doorschijnende, kantachtige vleugels en sierlijke patronen. Ze worden meestal niet groter dan zes millimeter en kunnen zwart, bruin of lichtgekleurd zijn.
Veelvoorkomende symptomen bij planten: kantvleugelwantsen voeden zich aan de onderkant van bladeren, waardoor de bovenzijde witachtig wordt. Beschadigde bladeren verkleuren geel en vallen voortijdig af.
Hoe je ze bestrijdt: je kunt ze bestrijden door aangetaste bladeren te snoeien, insectenzeep of neemolie aan te brengen en je tuin gezond te houden om plantstress te verminderen. Bij een lichte plaag kun je ze met een krachtige waterstraal wegspoelen.