Jadeplanten zijn prachtig en makkelijk te onderhouden, en ze sieren huizen over de hele wereld. Alle jadeplantliefhebbers zijn het erover eens: één jadeplant is nooit genoeg!
Maar ik heb goed nieuws! Jadeplant stekken is eenvoudig en je kunt drie verschillende technieken gebruiken. Als je voor het eerst een Crassula wilt vermeerderen, zijn de stengel- en bladstekmethode ideaal.
Voor wie van een uitdaging houdt, laat ik ook zien hoe je de Crassula uit zaad kunt opkweken.
Laten we aan de slag gaan!
Makkelijke stekmethoden voor beginners
Ik gebruik meestal de stengel- en bladstekmethode, dus ik laat het proces en wat tips en trucs zien die altijd werken.
Als je weinig ervaring hebt met stekken, raad ik aan een van de twee methodes hieronder te kiezen.
Beide hebben een hoog slagingspercentage en kosten weinig tijd.
Het proces wordt veel makkelijker als je alles voorbereidt voordat je begint.
Je hebt een paar tuingereedschappen nodig voor het stekken, maar voordat je iets pakt, is er één belangrijke stap.
Je jadeplant moet volledig gezond zijn als je wilt dat de stekken slagen. Controleer daarom je Crassula zorgvuldig.
Als de plant (of zelfs maar één blaadje) verkleurd of vervormd is, wacht dan met stekken tot het probleem verholpen is.
Is je jadeplant gezond, verzamel dan de benodigde materialen:
• Scherp snoeigereedschap (scharen, snoeischaar of mes)
• Ontsmettingsmiddel (bleekmiddel of isopropylalcohol)
• Wortelhormoon
• Kweekpot met drainagegaten
• Luchtige, goed drainerende potgrond
4 stappen voor stekken met een stengel

De eerste techniek om een nieuwe Crassula te krijgen is met stengelstekken.
Ik heb deze methode gebruikt bij mijn volwassen jadeplant. Die is ongeveer 1,20 meter hoog en heeft meerdere stengels ontwikkeld.
Laten we beginnen met stekken!
1. Neem een stengelstek
Zoek een gezonde stengel van ongeveer tien centimeter lang. Deze methode is vooral geschikt voor volwassen jadeplanten, want jonge planten hebben vaak nog geen lange stengels — daarvoor gebruik je de bladstekmethode.
Belangrijk: de stengelstek moet knopen bevatten, want daaruit groeit nieuw blad.
Knip de Crassula-stengel net boven een knoop af.
Toen ik begon met stekken, was ik bang om te knippen en sneed ik de stengel recht af. Daardoor ontstonden wondjes die slecht genazen. Snijd daarom altijd schuin, onder een hoek van 45 graden. Zo voorkom je schade aan de plant.
2. Laat de stek drogen
Na het afknippen is het uiteinde nat. Steek je het nu in de grond of in water, dan kan het gaan rotten.
De wond moet eelt vormen; dat voorkomt schimmel en helpt bij het genezen. Verwijder de onderste blaadjes, anders kunnen ze gaan rotten.
Leg de stek op keukenpapier op een warme, lichte en goed geventileerde plek. Meestal ontstaat na een week een eeltlaagje.
3. Stek wortelen in potgrond

Nu komt het leukste deel: de stek laten wortelen!
Gebruik een luchtige, goed drainerende potgrond. Ik meng gewone potgrond en perliet in een verhouding van 1:1.
Voor één stek is een gewone kweekpot voldoende. Je kunt ook een grotere pot nemen en meerdere stekken tegelijk wortelen.
Vul de pot met de potgrond.
Doop de onderkant van de stek eventueel in wortelhormoon (niet verplicht, maar het versnelt het proces).
Zet de stek(ken) in de grond en besproei regelmatig tot ze wortels hebben gevormd.
3.2 Stek wortelen in water
Je kunt de stek ook in water laten wortelen. Gebruik een doorzichtige pot of vaasje en vers, schoon water.
Voor beginners is deze methode ideaal. Je ziet de wortels ontwikkelen, wat leerzaam en leuk is.
Wortelhormoon is hier niet nodig.
Zet de Crassula-stengel in het water, zorg dat de blaadjes niet onder water staan.
Ververs het water elke drie dagen om schimmelvorming te voorkomen.
4. Verpotten en verzorgen
Wanneer heeft je stek wortels? In water zie je het meteen, in aarde kun je er voorzichtig aan trekken: voel je weerstand, dan zijn er wortels.
Neem een luchtige pot met drainagegaten, vul met een jadeplant-substraat en plant de stek over.
Jadeplanten zijn makkelijk in onderhoud. Zet je nieuwe plant op een lichte plek (geen direct felle zon), bij een temperatuur rond de 21 graden, en houd de grond licht vochtig maar niet nat.
3 stappen voor stekken met een blad

De bladstekmethode is heel eenvoudig en ideaal voor jonge planten zonder stevige stengels.
Hier volgt het stappenplan:
1. Neem een bladstek
Je kunt een blad afhalen met de hand of een scherpe, schone schaar.
Voor beginners is een schaar het makkelijkst.
Knip het blad onderaan af. Neem er gerust zes of zeven — niet elk blad zal wortelen.
2. Laat het blad wortelen
Vul een pot met een mengsel van potgrond en perliet, of gebruik kant-en-klare cactus- of vetplantengrond.
Steek de bladstekken in de grond, zorg dat het hele bladvoetje onder de grond zit.
Gebruik geen water als medium: bladstekken rotten snel als ze onder water staan.
3. Verpotten en verzorgen
Bladstekken hebben veel helder, indirect zonlicht nodig om sterke wortels te vormen.
Besproei de grond regelmatig en houd de temperatuur rond de 21 graden.
Bladstekken hebben meestal een maand nodig om wortels te maken, maar daarna moet je nog even geduld hebben. Je hebt pas echt een nieuwe plant als er nieuwe scheuten bij het blad verschijnen, en dat kan enkele maanden duren. Controleer regelmatig.
Ik plant de jonge stekken met uitlopers over als ze ongeveer twintig centimeter lang zijn.
Jadeplant zaaien: methode voor gevorderden

Nu laat ik een zeldzame methode zien: Crassula ovata zaaien.
Slechts weinig mensen gebruiken deze methode. Waarom? Het duurt lang voordat een plant uit zaad volgroeid is, dus geduld is vereist.
Ook heb je goede zaden nodig van een betrouwbare verkoper.
Waarom toch kiezen voor zaaien? Het is bijzonder om het groeiproces vanaf het allereerste begin mee te maken.
Als je van een uitdaging houdt, verzamel dan het volgende:
• Verse jadeplantzaden
• Plastic bakje met deksel
• Mes
• Zand, puimsteen en vetplantengrond
• Bakplaat en menglepels
• Plantenspuit met water
• Potten
Potgrond steriliseren
We beginnen met bakken! Ja, echt.
De potgrond moet eerst gesteriliseerd worden om schimmels en ziektes te voorkomen. Zaden hebben vocht nodig om te ontkiemen en zijn dan erg kwetsbaar voor schimmel.
Mijn eerste poging mislukte omdat ik mijn potgrond niet steriliseerde. Alle zaden werden ziek en kiemden niet.
Zo steriliseer je potgrond:
- Meng twee delen zand, één deel vetplantengrond en één deel perliet op een bakplaat. Meng goed door elkaar.
- Zet de oven op 200 graden en schuif de bakplaat erin.
- Bak veertig minuten en roer elke vijftien minuten om.
- Laat afkoelen voor gebruik.
Je kunt de potgrond ook in de magnetron steriliseren.
Zaaien van de zaden
Tijd om de zaden te zaaien in de gesteriliseerde grond.
- Maak een paar kleine sneetjes in de onderkant van het plastic bakje voor luchtcirculatie. Geen gaten, anders loopt de losse grond eruit.
- Doe een laagje potgrond in het bakje (ongeveer twee tot drie centimeter).
- Strooi de jadeplantzaden bovenop de grond.
- Besproei licht met de plantenspuit, zodat de zaden een beetje in de grond zakken.
- Doe het deksel erop en zet het bakje op een lichte plek zonder direct zonlicht. Ideale temperatuur is ongeveer 21 graden.
Verpotten
Het is belangrijk om de omstandigheden constant te houden. Dat is ook het lastigste van deze methode.
Het deksel houdt de luchtvochtigheid hoog; let verder vooral op licht en temperatuur.
Laat de zaailingen eerst een paar centimeter groeien voordat je ze verpot. Wacht liever te lang dan te kort — dicht op elkaar staande succulenten zijn een prachtig gezicht!
Gebruik bij het overpotten cactusgrond en besproei regelmatig tot de plantjes goed aanslaan.
Het proces duurt lang, maar zo kun je elke gewenste jadeplantvariant opkweken.
Tot slot

Jadeplanten stekken is een leuke en dankbare ervaring. De stengel- en bladstekmethodes slagen bijna altijd, wat het extra leuk maakt.
Zaadvermeerdering is uitdagend en minder geschikt voor beginners.
Maar als je zaden hebt van een bijzondere soort, volg dan de stappen hierboven en je zult het zeker lukken!
Tot de volgende keer!