Ik voel gewoon zoveel druk om altijd sterk te moeten blijven en ik ben het zo zat. Ik heb er schoon genoeg van om altijd de naam te hebben dat ik veerkrachtig en robuust ben.
Ik kan echt de zeurende pijn in mijn botten en de uitputting van mijn hart voelen. Ik ben het zo zat om mensen te laten geloven dat ik nooit buig en dat ik nooit breek.
Ik heb er zo schoon genoeg van om te doen alsof niets mij raakt; dat ik geen problemen ken. Ik ben het zo zat om de schijn op te houden dat ik geen worstelingen of problemen heb.
Ik denk niet dat ik kan blijven doen alsof ik niet vaak genoeg te maken heb gehad met kwetsbaarheid en onzekerheid. Ik denk niet dat ik mijn sterfelijkheid langer verborgen kan houden.
In het leven heb ik altijd het gevoel gehad dat ik kon krijgen wat ik wilde. Ik geloofde altijd dat ik alles kon bereiken waar ik mijn zinnen op had gezet. Maar de laatste tijd is het compleet andersom.
De laatste tijd ben ik me gaan realiseren dat er een grens is. En niet zomaar een grens. Ik ben me gaan realiseren dat ik niet zo onoverwinnelijk ben als ik graag zou willen en dat ik er genoeg van heb om dat eigenschap na te streven.
Ik krijg misschien niet alles wat ik wil. Ik zal misschien niet alles bereiken wat ik wil bereiken. Misschien zullen mijn pogingen niet genoeg zijn om alles uit dit leven te halen.
Ik heb altijd mensen die zich sterk en onafhankelijk presenteren erg bewonderd en gerespecteerd.
Maar het blijkt nu dat ik het niet in me had om net zoals deze mensen te zijn, de mensen die ik zo erg bewonder. Misschien had ik het wel nooit in mijn mars.
Ik weet dat alles en iedereen een grens heeft. En ik geloof echt dat ik dat van mij al heb bereikt. Ik heb geprobeerd om me er zo lang mogelijk aan vast te klampen.
Ik sprintte tot ik geen lucht meer in mijn longen kreeg. Ik hield mijn rug recht, ondanks die gigantische last op mijn rug. Maar uiteindelijk begonnen mijn knieën te knikken.
Uiteindelijk stortten mijn benen in en ik kon mezelf en de taken die ik had aangenomen niet meer omhooghouden. Het leven deelde gewoon te veel stoten uit en ik was niet sterk genoeg om ze op te kunnen vangen.
Ik werd overweldigd door de snelheid en intensiteit van alles dat zich om me heen afspeelde. En beetje bij beetje verdween alle vreugde, liefde, geluk en voldoening uit mijn lichaam.
Beetje bij beetje verloor ik alles wat me ooit een glimlach had bezorgd. En nu heb ik alleen mezelf en mijn eigen tekortkomingen. Alles wat ik nog heb zijn de herinneringen aan mijn gebreken en onvolmaaktheden.
Ik heb geen andere keuze dan in te storten en in huilen uit te barsten. Ik heb geen andere keus dan alles in te laten storten. Ik zit diep in de put en het doet meer pijn dan ik me ooit had kunnen voorstellen.
Maar ik weet ook dat dit een kans is om opnieuw te beginnen. Ik weet dat dit een kans is om mijn leven weer opnieuw op te bouwen.
Ik weet dat dit een kans is om mijn kracht weer te vinden en sterker dan ooit terug te keren.
Op dit moment heb ik het gevoel dat ik geen tranen mag laten en ik weet niet eens of ik überhaupt nog tranen over heb.
Ik voel een enorme druk om mijn hoofd erbij te houden, zelfs als ik niets liever wil dan instorten en in een hoekje kruipen om te rouwen om mijn oude ik.
Mensen verwachten dat ik altijd maar sterk en geweldig ben. Maar ze hebben die verwachtingen alleen maar omdat ik die altijd aan mezelf heb gesteld.
Ik heb mijn kwetsbaarheid nooit aan iemand laten zien. Ik heb nooit iemand laten zien dat ik zwak was. Ik heb niemand ooit het idee gegeven dat ik het niet heelhuids zou overleven.
En ik ontdekte dat dat de oorzaak van het probleem was. Ik heb mensen altijd het idee gegeven dat ik de hulp van anderen niet nodig heb. Maar dat is niet waar.
Ik heb dringend hulp nodig. Iedereen heeft behoefte aan hulp. En dat is waar ik de mist in ging. Ik deed alsof ik perfect was, zelfs wanneer ik dat totaal niet was.
Ik ben dat leven zat en ik weet nu dat ik anderen meer moet leren vertrouwen. Ik moet mijn eigen sterfelijkheid respecteren en ik moet nuchter genoeg in het leven staan om hulp van anderen te zoeken en aan te nemen.
Ik ben niet zo sterk – en daarom heb ik de kracht van anderen nodig om me te helpen.